Warren Bennis heeft het ooit geweldig uitgedrukt: ‘Believing the purpose of business is to make money is like saying the purpose of the human body is to keep blood flowing’. Winst, of, veel beter, cash flow, is essentieel, maar niet de enige, en ook niet de eerste reden, voor het bestaan van een onderneming. Maar wel een conditio sine qua non…
Enige tijd geleden las ik het boek ‘The Path of Least Resistance’ van Robert Fritz. Hij noemde de kloof tussen de wijze waarop de dingen zijn en de wijze waarop wij zouden willen dat de dingen zijn een ‘structural tension’, een spanning die ook een ‘emotional tension’ in zich droeg, – ‘that includes fear that we harbor about our being able to manifest our vision. In many cases this fear is based upon an inherent belief of unworthiness or powerlessness. Since tension seeks resolution, and fear can interfere with the vision being realized, the tension is most often resolved by lowering of the vision – or what is wanted – thus allaying the fear. (…) … relieving the discomfort. People often lower their expectations for the future, their visions, and dreams for themselves and their loved ones, because of this tension. They choose not to maintain it. They assume that ‘reality’ won’t change so they must reduce their ideas about what’s possible in order to lessen the tension. (…) Their discomfort is relieved but their dreams are compromised’.
In de Griekse oudheid was ethiek een levensstijl, en veelomvattend: morele waarden, maar ook voortreffelijkheid (met betrekking tot een geheel aan competenties: fysiek, psychisch, sociaal, esthetisch – kernvaardigheden om op hoog niveau te kunnen functioneren). Een holistische opvatting, waarbij de lat op alle vlakken hoog lag, zowel materieel als immaterieel, aspecten die onlosmakelijk aan elkaar waren verbonden.
In de loop der eeuwen is deze holistische visie en levenswijze op twee wijzen ‘verkleind’. In de eerste plaats heeft de Verlichting ‘excellentie’ teruggebracht tot ‘redelijkheid en maakbaarheid’, waarbij voortreffelijkheid al snel de kunst van het haalbare werd (zeg maar het ‘goddelijke’ werd de mens ontnomen). In de tweede plaats werd ethiek verkleind tot een materiële en instrumentele aangelegenheid. Het Christendom ca. heeft als het ware een ‘clerus’ tussen het geestelijke en de mens geplaatst (zeg maar het ‘immateriële’ werd de mens ontnomen).
Dit reductionisme, of althans het toenemende besef daarvan, leidt in toenemende mate naar de vraag naar de zin van het (dit) alles. Materialisme en middelmatigheid blijken steeds minder bronnen van motivatie en energie.
Waarom pompen het bloed en de cash rond?
Het gaat steeds minder om (zakken) vullen, en steeds meer om vervullen.
‘Mensch, durf te dromen’!
L.L. Stegman